Geweren in het Staatse leger

Op zondag 10 november 2024 vertelt conservator Mathieu Willemsen alles over het infanteriegeweer in de 17e en 18e eeuw. Door de Nederlandse geschiedenis heen ontwikkelden zich verschillende soorten en types van dit militaire vuurwapen. Willemsen is de eerste onderzoeker die de productie en distributie van het infanteriegeweer van de Nederlandse landlegers in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden onder de loep neemt. Hij deelt zijn bevindingen in de lezing ‘Geweren in het Staatse leger’.

Patent voor een achterladend musket, door Christiaen Micker uit Hoorn (anno 1601)

Het infanteriegeweer

De Nederlandse Republiek wordt wereldwijd gezien als een van de belangrijkste spelers op het gebied van wapendistributie in de 17e en 18e eeuw. “Veel buitenlandse legers waren uitgerust met wapens, voornamelijk musketten en haakbussen, die in de Republiek werden geproduceerd”, vertelt Willemsen. “Grondstoffen voor het maken van wapens, zoals ijzer en walnotenhout, ontbreken echter op de Nederlandse bodem. Hoe kan het dat de Nederlandse wapenindustrie toch kon floreren? Hoe verliep de productie en distributie van Nederlandse militaire wapens en hoe ontwikkelden geweren zich in de loop der tijd? Hier geef ik tijdens mijn lezing antwoord op.”

Conservator NMM Mathieu Willemsen
“Mensen denken gauw aan de mooie ivoren pistolen in de schatkamer, maar de militaire wapens waren van een andere kwaliteit.” Conservator Mathieu Willemsen
Klacht over de slechte kwaliteit van de musketten die aan de West-Indische Compagnie werden geleverd (1711)

Wapenkwaliteit

Willemsen vertelt hoe de kwaliteit van de wapens in de 17e en 18e eeuw nog wel eens te wensen overliet: “Mensen denken gauw aan de mooie ivoren pistolen in de schatkamer, maar de militaire wapens waren van een andere kwaliteit. Archiefbronnen laten zien hoe er veel klachten van soldaten binnenkwamen, zoals losse schroeven, splinters in de lade en scheuren in de kolf. Op basis van de klachten kunnen we veel afleiden over het vermogen van de Nederlandse industrie om op grote schaal wapens te produceren. Naarmate de jaren vorderden, nam door de samenwerking tussen Nederlandse specialismen de kwaliteit van het infanteriegeweer toe.”

Koloniale compagnieën

Naast het Staatse leger, maakten ook de koloniale compagnieën gebruik van het infanteriegeweer. “De Nederlandse koloniale compagnieën waren decentraal georganiseerd met ‘kamers’ die op verschillende locaties hun eigen wapens kochten”, legt Willemsen uit. “Na het Staatse leger waren zij de belangrijkste koper van Nederlandse wapens. De koloniale compagnieën vochten met andere soorten oorlogsmaterieel onder andere omstandigheden dan het Staatse leger in Europa. Tijdens mijn lezing kom je meer te weten over hoe deze context effect had op de productie, aanschaf en gebruik van wapens door de koloniale compagnieën.”

Meer informatie

Woon de lezing ‘Geweren in het Staatse leger’ bij op zondag 10 november 2024 om 13:00 uur. Dit is een gratis activiteit op vertoon van museumticket.